De meest bijzondere Clos d’Agon.

In de neus is hij uiterst complex en wisselend.
In de eerste jaren na de botteling zijn de aroma’s frisser, met wit fruit, citrusvruchten, abrikozen, anijs en gebak, en springen de typische Viognier-aroma’s (tropicaliteit, magnolia’s) in het oog.
In de loop der jaren evolueren deze aroma’s naar honing, rijp fruit, gedroogde abrikozen, verwelkte witte bloemen, Chinese inkt en wierook.
Hij heeft een krachtige aanzet en vult de mond met zijn volume, romigheid, structuur en persistentie, die samen met zijn grote frisheid en kruidige retronasale aroma’s een evenwichtig en afgerond blok vormen.

Hij wordt het best gedronken vanaf het tweede jaar na het bottelen. De kenmerken van het alcoholgehalte en de zuurgraad, evenals het werk op de wijnmoer, zorgen er echter voor dat de Clos d’Agon Blanco vele jaren kan meegaan en groeien.